door Peter Breedveld

In de Rijswijkse Darling Market waren het afgelopen weekeinde spectaculaire robotgevechten te zien, tijdens de tweede Nederlandse Robotspelen.

RIJSWIJK | Op afstand bestuurde robots hakten elkaar afgelopen weekend in de Darling Market in de pan tijdens de tweede Nederlandse Robotspelen. Als gladiatoren gingen ze elkaar te lijf in een arena, zich bedienend van wapens als stormrammen en hefmechanieken, aangemoedigd door een joelend publiek. De Delftse Hammerhead ('Hamerhaai'), bijvoorbeeld, een robot in de vorm van een haaienkop, nam het op tegen een Duitser, Junkyard Queen ('Koningin van de schroothoop') en een Amerikaan, Reaper ('Maaier'). Hammerhead was voorzien van hamers aan de zijkant, waarmee hij klappen kon uitdelen, legde zijn schepper Joris Favié uit, kort voor zijn robot de arena in moest. Verder had Hammerhead een 'lifter', een hefmechaniek waarmee de tegenstander kon worden omgegooid. Junkyard Queen had ook al zo'n lifter, maar die van Reaper heeft het in een eerder gevecht begeven, vertelde eigenaar Brian Cutler. "Gewoon rammen", was de tactiek die Cutler zou gaan toepassen, "en er het beste van hopen."

Arme koningin

Reaper, die een beetje het uiterlijk van een snelle sportwagen had, sloeg in de arena geen slecht figuur. Hij was in elk geval de snelste. Nadat Reaper en Hammerhead eerst samen Junkyard Queen onschadelijk hadden gemaakt, wat in een mum van tijd was gebeurd door keihard op de arme koningin in te beuken, namen de twee het tegen elkaar op.
Hammerheads gevechtstechniek was veruit de elegantste, hij slaagde er een paar keer bijna in om Reaper met zijn lifter omver te werpen, waarbij hij, heel spectaculair, steeds een wolk stoom de lucht in blies. "Pit! Pit! Pit!", riep de commentator opgewonden door de microfoon, in de hoop dat de robots elkaar in het diepe gat (de 'pit') in het midden van de arena zouden duwen. De strijd eindigde onbeslist, waarna een jury een winnaar aanwees. Het werd Reaper, ondanks Hammerheads superieure techniek.

De Robotspelen zijn geïnspireerd door Robotwars, een populair televisieprogramma op de Engelse zender BBC en op BNN, op Nederland 2. De robots op televisie hebben ook nog cirkelzagen en vlammenwerpers en dergelijke, maar daarvoor is de arena in de Darling Market te klein, zegt organisator Peter Koenen. Het is de bedoeling om elkaars robots zoveel mogelijk schade toe te brengen in een gevecht van vijf minuten. Nooit is een deelnemer boos als zijn robot, waar hij vaak wel een jaar aan gebouwd heeft en die soms een paar duizend euro kost, wordt afgeslacht. "Dat weet iedereen van tevoren", aldus Koenen.
De deelnemende robots variëren in prijs van 500 tot 4000 euro. Alien Destructor ('Buitenaardse Vernieler') bestaat uit onderdelen ter waarde van 3.500 euro. Dat zit 'm vooral in de elektronica en de motor, zei Kees Sicking uit Wormerveer, die hem heeft gebouwd. En om hem zo licht mogelijk te maken, heeft hij gebruik gemaakt van het dure metaal titanium. Maakt een dure robot ook meer kans op een overwinning? Sicking dacht van wel. Bij de meeste wedstrijden komt Alien Destructor als overwinnaar uit de bus. Sicking: "Vorig jaar hebben we op de Robotwars in Engeland een wedstrijd gewonnen." Zijn strategie: alsmaar rammen.

verzend  |  print  |  abonneren op Haagsche Courant

Haagsche Courant | 29-04-2003 | Rijswijk

Copyright © 2003 Haagsche Courant - alle rechten voorbehouden